Toelichting op belastingen
Woonlasten
Op grond van het Coalitieakkoord 2018-2022 is voor de woonlasten het gemiddelde van de G40 (bij een
3-persoonshuishouden) als uitgangspunt gehanteerd. Dit gemiddelde wordt jaarlijks door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van Lagere Overheden (COELO) uitgerekend. Vanaf 2022 hanteert het COELO echter een andere systematiek. De door het COELO berekende gemiddelde WOZ-waarde werd voorheen berekend over alle woningen in een gemeente; dus het totaal van alle huur- en koopwoningen. Vanaf 2022 betrekt het COELO de huurwoningen niet langer in de berekening van de gemiddelde WOZ-waarde. Het gevolg hiervan is dat de gemiddelde woningwaarde fors is gestegen. De gemiddelde huurwoning heeft immers een lagere waarde dan de gemiddelde koopwoning. Door deze gewijzigde systematiek zijn ook de gemiddelde woonlasten fors gestegen, want de OZB is afhankelijk van de WOZ-waarde.
Door deze wijziging sluiten de woonlasten van de begroting 2022 niet meer aan bij het gemiddelde van de G40 zoals het COELO deze voor 2022 publiceert. Daarom laten we de woonlasten in twee tabellen met de oude en de nieuwe definitie zien. In tabel 1 wordt de oude systematiek voorgezet, waarbij de gemiddelde WOZ-waarde is berekend op basis van het totaal van alle koop- en huurwoningen. Bij deze gemiddelde waarde is de OZB berekend. Zichtbaar wordt dat de gemiddelde aanslag conform de begroting is opgelegd. In tabel 2 is gerekend met de nieuwe systematiek, waarbij de gemiddelde WOZ-waarde is berekend op basis van uitsluitend de koopwoningen. In deze tabel is het bedrag van de OZB hoger als gevolg van de hogere gemiddelde WOZ-waarde. Daarnaast is zichtbaar dat de door COELO berekende totale gemiddelde woonlasten in Eindhoven vrijwel overeenkomen met het gemiddelde zoals het COELO dit voor de G40 heeft berekend.
Tabel 1 | Realisatie 2021 | Realisatie 2021 | Begroting 2022 | Realisatie 2022 | Realisatie |
---|---|---|---|---|---|
Onroerende-zaakbelastingen | 319 | 266 | 340 | 340 | |
Afvalstoffenheffing | 281 | 332 | 289 | 289 | |
Rioolheffing | 156 | 176 | 168 | 168 | |
Totaal gemiddelde woonlasten per jaar | 756 | 774 | 797 | - | 797 |
Tabel 2 | Realisatie 2021 | Realisatie 2021 | Begroting 2022 | Realisatie 2022 | Realisatie |
Onroerende-zaakbelastingen | 393 | 335 | 347 | 422 | |
Afvalstoffenheffing | 281 | 332 | 342 | 289 | |
Rioolheffing | 156 | 176 | 186 | 168 | |
Totaal gemiddelde woonlasten per jaar | 830 | 843 | - | 876 | 879 |
(1) Bron: Gemeente Eindhoven
(2) Bron: COELO
Beleid en tariefstelling
Met de vaststelling van de Begroting 2022-2025 is ervan uitgegaan dat er bij de inkomsten geen andere dan
autonome tariefsverhogingen zullen plaatsvinden. Anders dan voor de algemene belastingen geldt voor bestemmingsbelastingen en rechten dat zoveel mogelijk kostendekkende tarieven worden gehanteerd, rekening houdende met de maatschappelijke effecten van de tarieven. Bij de tariefstelling van de leges zijn de kosten van de samenhangende dienstverlening over de verschillende legestarieven verdeeld, de zogenaamde kruissubsidiëring, zodat er binnen de samenhangende dienstverlening geen sprake is van overschrijding van de opbrengstlimiet van 100%.
Kwijtschelding
Kwijtschelding kan voor verschillende belastingen, heffingen en rechten verleend worden, conform de Invorderingswet 1990. Op gemeentelijk niveau is dit geregeld in de Kwijtscheldingsverordening en de
Leidraad Invordering. In 2022 is voor een bedrag van € 1,46 miljoen aan afvalstoffenheffing en overige gemeentelijke belastingen kwijtgescholden.
Onroerende-zaakbelasting
Voor de tarieven van de OZB is de herwaardering ingevolge de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) van belang. Deze WOZ-waarde wordt jaarlijks vastgesteld. Voor belastingjaar 2022 gaat het daarbij om de waarde naar peildatum 1 januari 2021. De definitieve tarieven zijn in december 2021 door de raad vastgesteld.
Precariobelasting
Door de sterke groei van de bouwactiviteiten, in combinatie met een aantal grote bouwprojecten, zijn de opbrengsten hoger dan begroot.
Met betrekking tot de precariobelasting voor terrassen is door de Raad een 0-tarief vastgesteld voor 2022. De inkomstenderving bedroeg € 448.000,- in 2022 en is voor € 450.000,- gecompenseerd uit de Intensiveringsmiddelen 2022.
Afvalstoffenheffingen en reinigingsrechten
Voor de opstelling van de tariefberekening zijn de kosten geactualiseerd op basis van de vastgestelde begroting 2022 van Cure en op basis van de gemeentelijke kostenposten van de vastgestelde begroting 2022 voor afval. De waarde van gescheiden ingezamelde afvalstoffen is sterk onderhevig aan internationale marktontwikkelingen. In 2022 gaf dat ten opzichte van 2020 en deels ook ten aanzien van 2021 een beter resultaat vanwege gestegen marktprijzen van papier, textiel en milieustraatstromen. In totaal heeft Cure een positief resultaat behaald ten opzichte van de begroting. We zien verder dat het aantal kwijtscheldingen in 2022 is toegenomen. De beschikbare afvalvoorziening is om die reden ook in 2022 nodig gebleken voor de uitvoering van de afvaltaken in 2022
BIZ Centrum
Op verzoek van de binnenstadondernemers is sinds 2017 de Stichting BIZ Eindhoven Centrum actief. De opbrengst van deze heffing wordt als subsidie naar de Stichting Bedrijven Investeringszone Eindhoven Centrum overgemaakt. Op verzoek van ondernemers en eigenaren is deze heffing verlengd voor de periode 2022-2026 en is het gebied uitgebreid met het zgn. Van Abbekwartier.